
Voorwaarden verblijf
Grootte van het verblijf
Het doel van onze opvang is om elk konijn dat bij ons wordt opgevangen, te herplaatsen. Een konijn is een groepsdier en daarom willen wij dat konijnen altijd samen zijn met één maatje of in een groep, waarbij zij voldoende leefruimte hebben.
Nadat het eerste contact met de baasjes heeft plaatsgevonden, de koppeling gepland is en deze geslaagd is, mag het opvangkonijn met het nieuwe maatje naar huis.
Het verblijf waar zij in terecht komen, wordt vooraf door ons gecontroleerd, omdat wij het belangrijk vinden dat konijnen ten alle tijden hun benen kunnen strekken en zij in de natuur ook in een ruime omgeving leven.
Als Konijnenopvang Hazel zijn wij van mening dat de minimale leefomgeving als volgt moet zijn:
– dwerg of kleine konijnen minimaal 4m2
– middelgrote konijnen minimaal 5m2
– grote konijnen minimaal 6 à 8m2
De oppervlaktes die staan aangegeven gelden voor één oppervlakte, dus niet verdeeld in meerdere verdiepingen en is exclusief het konijnenhok zelf. Een hok met meerdere verdiepingen lijkt ruim, maar door de trap is de benedenverdieping bijna niet meer bruikbaar om rond te hupsen.
Ook vinden wij het belangrijk dat zij dag en nacht de beschikking hebben over deze ruimte. Konijnen zijn juist in de schmer het meest actief en daarom is het zo belangrijk dat zij dan niet opgesloten zitten. Overdag relaxen of slapen zij vaak.
Om konijnen te beschermen tegen indringers (vossen, katten of marterachtigen) is het raadzaam om voor het hok marter/nertsen gaas te gebruiken. Ook is het belangrijk dat de ren van boven afgesloten is, zodat roofvogels niet bij de konijnen kunnen komen.
Binnen of buiten
Konijnen kunnen zowel binnen als buiten gehouden worden. Echter kunnen konijnen slecht tegen temperatuurschommelingen, waardoor het niet verstandig is om de konijnen in de winter naar binnen te halen. Ook niet voor een uurtje. Ook konijnen die binnentemperaturen gewend zijn, kunnen in de winter niet zomaar nar buiten. Ze kunnen dan voor het eerst naar buiten in de zomer en als ze buiten gewend zijn, ontwikkelen ze een dikke wintervacht waarmee ze stevige temperaturen onder het vriespunt aankunnen. Zorg er wel voor dat de konijnen zich warm kunnen nestelen in een dikke laag stro en biedt ze een plek aan tegen regen en wind.
Bodembedekking
De ondergrond bepaalt of er nog wat meer voorzorgsmaatregelen getroffen moeten worden. Zorg in de ren voor een ondergrond van bijvoorbeeld deels gras of zand en een deel tegels. Zorg ook voor om ondergronds te beschermen, om te voorkomen dat een konijn een weg naar de vrijheid graaft. Dit kan door bijvoorbeeld tegels op 50cm diepte in te graven met aan de zijkanten gaas of door over de gehele ruimte ondergronds gaas in te graven.
Daarnaast is belangrijk om bescherming te bieden tegen roofdieren zoals katten, vossen of roofvogels zodat ook zij niet in de ren kunnen komen.
Bij een binnenverblijf is het prettig om de konijnen bodembedekking in de vorm van kranten met stro/zaagsel aan te bieden.
Konijnen zijn hele schone dieren. Zij doen hun behoefte het liefst in een vaste hoek van het verblijf. De hoek die de konijnen kiezen kunt u voorzien van extra kranten of een konijnentoilet met bodembedekking zoals bv zaagsel of hennepzaad. Ook kan je ze aanleren te keutelen op het toilet door de keutels die ergens anders liggen, in het toilet te leggen. Zo zullen zij op den duur ook voor die plek kiezen. Wat echter handiger is, is om de plek die de konijnen zelf kiezen te voorzien van een toiletbak, zodat de konijnen die gaan gebruiken. Onze ervaring bij de opvang is dat de driehoek bakken niet goed werken, en dat een vierkante of rechthoekige bak beter gebruikt wordt.
Verder vinden konijnen het fijn om ergens in of onder te zitten, dit geeft ze een veilig gevoel. Geef hen een veilige plek waarbij ze zich terug kunnen trekken zoals bv een doos die aan de bovenkant open is of een tunnel.
Eten en drinken
De konijnen dienen altijd de beschikking te hebben over vers drinkwater en hooi. Van nature zijn konijnen gewend om uit plassen water te drinken, daarom gaat onze voorkeur uit naar een drinkbak ten opzichte van een drinkfles. Bij een drinkfles kan een konijn last krijgen van gasvorming i.v.m. met de luchtbelletjes die vrijkomen bij het drinken uit de fles. Een konijn kan niet boeren en hierdoor ook de gasvorming niet kwijt.
Verder vinden konijnen het fijn om ergens aan te knagen of om mee te gooien als afleiding, denk hierbij aan bv. wilgentakken, konijnenspeelgoed, hooirollen etc. Veel winkels verkopen knaagstenen, dit is niet aan te raden voor konijnen, omdat het kan leiden tot blaasgruis en nierstenen.